AGC Glass Europe is voornemens binnenkort één van de twee floatglasovens in Boussois (Frankrijk) te sluiten. De floatglasoven draait sinds april op een laag pitje. Dit is een zogeheten ‘medium warme stop’, zoals hieronder wordt uitgelegd. De sluiting zal leiden tot een verlies van 90 arbeidsplaatsen op een totaal van 220. ‘De directie van Boussois zal samen met de personeelsvertegenwoordigers nadenken over de meest sociaal aanvaardbare oplossingen om dit plan in de praktijk te brengen. De maatregel maakt deel uit van een globaal plan om de concurrentiepositie van het bedrijf te herstellen’, aldus AGC.
De crisis slaat hard toe in de bouw- en autosector. Net die twee sectoren zijn de voornaamste afnemers van glas voor AGC Glass Europe. Het bedrijf zegt hierover dat ‘de groep na actief te zijn geweest op een markt met een overcapaciteit door de stagnerende vraag en de installatie van nieuwe glasproductielijnen, nu zwaar te lijden heeft onder de economische en gezondheidscrisis.’
Floatglasoven dicht door crisis
De gevolgen van de crisis zijn volgens AGC drieledig. Een nog grotere overcapaciteit, dalende prijzen en een beduidende verslechtering van de resultaten voor de hele groep. In een reactie: ‘Het voltallige personeel van Boussois heeft grote inspanningen geleverd op het gebied van productiviteit en differentiatie. Op middellange termijn is er echter geen uitzicht op herstel. Om die reden ziet AGC zich toch genoopt om haar productieapparaat aan te passen aan de huidige marktsituatie.’
Warme stop floatglasoven
Een zogenaamde warme-stop, officieel een ‘hot-hold’, van een floatoven is tijdelijk en dus minder ingrijpend dan een koude-stop. Geen producent blij is met onderstaande beschreven derde optie (maximaal). Bij een koude-stop wordt het gehele smelt- en productieproces stilgelegd voor een grote revisie van de oven en productielijn. Dit gebeurt afhankelijk van de grootte en de leeftijd van de oven gemiddeld elke vijftien tot twintig jaar en duurt minimaal drie maanden. Een warme-stop wordt gedaan om snel in te spelen op veranderende (markt)omstandigheden zoals nu naar aanleiding van de Corona-crisis. Er zijn drie gradaties voor het ‘aanhouden van een floatlijn’: een minimale, een medium en een maximale warme stop.
Minium, medium en maximum
Minimum: bij de eerste ingreep wordt de breker aangezet. Dit betekent dat halverwege de afkoelsectie de glasband wordt gebroken door middel van koud water. De trekkracht is minimaal en de scherven gaan weer naar het begin als onderdeel van het mengsel. Zo draai je feitelijk in een kringloop. Dit is een korte termijn optie die snel kan worden gedaan om een gebrek aan markt (overcapaciteit) voor enkele dagen te compenseren tot maximaal enkele weken.
Medium: de tweede optie is drastischer. De glasband wordt gestopt door de schuif dicht te zetten tussen het smeltbassin en de floatsectie. De grondstoffentoevoer wordt gestopt en er is geen productietrek. Het tinbad is leeg maar nog steeds heet. Feitelijk hou je de ketel daarna warmgestookt en trek je de band weer op gang (ribbon-pull) zodra je de productie weer wilt starten. Voor deze ‘medium-stand’ is enkele weken de standaard.
Maximum: deze derde optie is als ‘medium’ met dat verschil dat je ook het tinbad laat afkoelen. Een dergelijke ‘maximale warme-stop’ is een situatie die geen fabrikant wil.