Bij drievoudige beglazing komt regelmatig de vraag of het middelste glasblad gehard moet worden. Het antwoord hangt van een aantal factoren af, waaronder het type glas dat als middelste glasblad wordt toegepast: standaard floatglas of floatglas met een verlaagd ijzergehalte (ijzeroxide).
Over het algemeen kun je stellen dat er sprake is van een verhoogd risico op thermische breuk als het middelste glasblad bij een drievoudige beglazing ingesloten zit tussen twee coatings met lage emissiviteit (op positie 2 & 5 van de drievoudige ruit). Als het middelste glasblad ‘gewoon’ floatglas is, adviseren fabrikanten dan ook om deze altijd gehard toe te passen. Floatglas met een lager ijzergehalte (ijzeroxide) is minder gevoelig voor thermische breuk. Een middelste ruit van dergelijk extra helder glas kan in de meeste gevallen ongehard worden toegepast. Deze aanbeveling geldt alleen voor toepassingen op plaatsen zonder verhoogd thermisch risico. Bij bijvoorbeeld schuiframen of -deuren, bij slagschaduw op de ruiten, binnenzonwering of asymmetrische samenstellingen kan het risico op thermische breuk aanzienlijk toenemen. Bron en foto: AGC